OVERZICHT VAN DE BELANGRIJKSTE UITTRAPPEN VAN EEN DOELMAN
1. De Klassieke Uittrap (Vast – Vanaf de Hand)
Doel: grote afstanden overbruggen en het spel verplaatsen.
Uitvoering:
- Bal wordt in de hand gehouden.
- Doelman stapt in met steunbeen naast de bal.
- Trap met de wreef en volledig doorzwaaien.
- Lichaam licht achterover voor meer hoogte.
Gebruik: counteraanval starten, diepe spits aanspelen, druk wegwerken.
2. De Werp-Uittrap (Half Volley/ Drop Ball)
Doel: nauwkeurigheid koppelen aan afstand.
Uitvoering:
- Bal wordt uit de hand gelaten net voor de trap.
- Contact vlak na de stuit — halfvolley.
- Wreefcontact zorgt voor lengte; binnenkant kan worden gebruikt voor richting.
Gebruik: snelle speelverplaatsing, flankspelers inlopen, omschakeling.
3. De Dropkick
Doel: krachtige, lage en strakke trap met veel snelheid.
Uitvoering:
- Bal wordt uit de hand losgelaten.
- Net wanneer de bal de grond net raakt, volgt de trap.
- Gewicht naar voren: resulteert in een lage vlucht en veel vaart.
Gebruik: diepe spits onmiddellijk aanspelen, tegenaanval met snelheid, bal laag houden bij wind.
Wanneer gebruiken:
- Wanneer je snel wil omschakelen
- Wanneer een lage bal veiliger is dan een hoge
- Wanneer je onder druk staat maar toch afstand wil halen
- Wanneer een lange bal moeilijk te controleren is door wind
Technische aandachtspunten:
- Bal loslaten op heuphoogte
- Voorwaartse lichaamshelling voor lage vlucht
- Raakpunt onderaan de bal
- Doorzwaaien voor extra kracht
- Timing van de stuit is cruciaal
4. De Sidekick
Doel: zeer precieze diagonale ballen, ideaal voor opbouw van achteruit.
Uitvoering:
- Doelman draait de heupen licht open.
- Kontakt met de binnenkant/ binnenwreef van de voet.
- Bal krijgt een licht draaiend effect voor controle en precisie.
Gebruik: flankwissel, back of winger aanspelen in de loop, gerichte opbouw.
Wanneer gebruiken:
- Wanneer je hoog en ver wil trappen
- Wanneer je meteen richting spits of flank wil spelen
- Wanneer er tijd en ruimte is om rustig aan te lopen
- Bij strategische herstarts om verdediging over te slaan
Technische aandachtspunten:
- Bal lager loslaten dan bij een dropkick
- Zijwaartse draai van de romp
- Grote zwaai van het been — "winder-beweging"
- Raakpunt iets onder het midden van de bal
- Focus op richting + hoogte
5. De Lage Opgoal-Trap (Lage Pass/ Instep Pass)
Doel: gecontroleerd opbouwen via verdediging of middenveld.
Uitvoering:
- Trap met binnenwreef of platte wreef.
- Bal laag en strak over de grond.
- Ideaal bij teams die opbouwend willen spelen.
Gebruik: opbouw onder druk, aansluiten bij moderne keepershype (sweeper-keeper).
6. De Spinning Long Pass (Gedraaide Lange Bal)
Doel: verre pass mét curve om spelers vrij te spelen.
Uitvoering:
- Trap aan de buitenkant van de bal.
- Lichaam licht wegdraaien om curve te creëren.
- Wordt door professionele keepers gebruikt voor diagonale crosspasses.
Gebruik: flankwissels, doorgaan tegen hoge druk.
7. De Knuckleball-Uittrap
Doel: onvoorspelbare, “zwevende” bal met minimale rotatie.
Uitvoering:
- Bal zuiver op het midden geraakt.
- Weinig doorzwaai, korte trapbeweging.
- Bal beweegt grillig in de lucht.
Gebruik: verrassende lange ballen, gevaarlijk in de counter.
8. De Veiligheids-Uittrap (Clearance Kick)
Doel: onmiddellijk gevaar afweren.
Uitvoering:
- Geen perfecte techniek vereist: snel en ver wegtrappen.
- Vaak onder druk.
Gebruik: bij pressing, wanneer opbouw onmogelijk is.
9. De Drop-Pass naar Verdediger (Korte Opbouw)
Doel: opbouw starten via korte passing.
Uitvoering:
- Doelman legt de bal neer en passt kort naar verdediger.
- Vereist goed zicht op pressinglijnen.
Gebruik: positiespel, moderne opbouwstructuren (3+1, 2+3)
10. De Hand-Worp (Bowling/ Slijmbeweging)
Doel: extreem precieze, snelle en lage pass met de hand.
Uitvoering:
- Doelman rolt de bal met één hand over de grond.
- Ideaal om snel de flankspeler te lanceren.
Gebruik: snelle omschakeling, opbouw in lage zone.
TIPS VOOR OPTIMALE UITTRAPPEN
Technisch
- Zorg dat je steunbeen altijd wijst naar de richting van de pass.
- Houd je bovenlichaam stabiel; armgebruik voor balans.
- Contactmoment is cruciaal: raak het midden van de bal voor pure kracht.
Tactisch
- Scan het veld vóór je trapt: waar is ruimte?
- Herken pressing en kies tussen korte opbouw of lange bal.
- Ken je veldspelers: waar ligt hun sterkte voor afname van hoge ballen?
Mentaal
- Blijf rustig bij druk.
- Maak routines en herken patronen.
- Durf variëren om tegenstanders onvoorspelbaar te houden.
TRAININGSVORMEN
1. Afstand & precisie-drills
Doelman trapt naar gemarkeerde zones op het veld.
2. Variatiecircuits
Korte opbouw + lange bal + dropkick + sidekick in één rondje.
3. Pressing-simulatie
Keepers moeten juiste keuze maken onder tijdsdruk.
4. Communicatie-oefeningen
Doelman trapt op signaal van trainer en kiest best geplaatste speler.


